PLE of VLE?
In het Engelse taalgebied is er al langere tijd serieuze aandacht voor de persoonlijke leeromgeving (PLE). En het is dan ook niet meer dan logisch dat er geregeld sprake is van discussie tussen voor- en tegenstanders. De tegenstanders zijn over het algemeen meer aanhangers van elektronische leeromgevingen die door de instelling worden gehost en dus gecontroleerd. De voorstanders van PLE’s zijn vooral zoekende en kijken vaak met een scheef oog naar allerlei ‘loosely coupled’ web 2.0 technologieën.
Wat opvalt is dat de discussie zich zo duidelijk kenmerkt door onoverbrugbare tegenstelling. Men betrekt stelling en is dus verklaard voor- of tegenstander. Dat doet me denken aan de discussie over het nieuwe leren die eveneens vaak ontaardt in zwart-wit denken en uitgesproken dialectiek. Dat is ook meteen jammer omdat er voor beide benaderingen iets te zeggen valt en ze elkaar m.i. ook niet uitsluiten.
In een bericht over PLE en VLE probeert Martin Weller, werkzaam bij de Engelse Open Universiteit, een brug te slaan door te spreken van een continuum waarbij PLE en VLE geen tegengestelden zijn:
PLEs and VLEs are NOT in competition necessarily.
Zijn bericht omvat meer dan een plaatje om het continuum te visualiseren. Met onderstaande graduele typering verklaart hij de positie van PLE en VLE. Er is daarbij sprake van afnemende centralisatie en toenemende vrijheid.
VLE/LMS – a centralised system that gives a consistent user experience to everyone
(hoge mate van centralisatie en standaardisatie: one size fits all)
TLE – Teacher learner environment. This is along the lines of Scott Leslie’s loosely coupled teaching applications. Less centralised than a VLE, the educator determines the range of tools, e.g. a blog with specific widgets, but all students use the same.
(meer keuze uit functionaliteit; nog steeds een uniforme aanpak voor de student)
DPLE – Default PLE. In this novice users (could be educators, students, employees, etc), are given a default set of applications to constitute their PLE, but they have the freedom to switch them out over time.
(een voor alle gebruikers vrij in te richten standaard omgeving waarbij functionaliteit eenvoudig naar keuze kan worden aan- of uitgezet)
PLE – the type of thing we ed techies have accrued over time, and continues to evolve. Work might be required on getting these apps to talk to each other, but really the people who operate at this end don’t need much help.
(de ultieme vrijheid: eenieder kan gebruiken wat hij maar wil en dat ook koppelen – denk aan API’s – of verbinden – denk aan OpenID – )
Wellicht is er ooit een ander plaatje nodig om de relatie te verduidelijken. Ik kan me niet voorstellen dat de ELO’s van de toekomst geen hoge mate van personaliserig zouden toestaan. Daarmee bedoel ik ook de verbinding tussen de ELO en web 2.0 functionaliteit.